Waar boomer het woord van 2019 was, heb ik nu voor 2020 alvast een nieuw statement klaar. Van wippen komt wipwappen. Euhm? Do explain. Awel, sinds de geboorte van mijn kindjes merk ik van mezelf dat ik regelmatig op een wipwap zit. Niet de wipwap in de speeltuin maar op een denkbeeldige wipwap. En ik deel deze wipwap ook niet met mijn kinderen maar met andere mama’s. Quoi?
Het zit zo: ik heb sinds dat ik mama ben af en toe – en soms heel vaak – het gevoel dat ik alles perfect moet doen. Als jonge twintiger deed ik gewoon mijn eigen ding. Ik zocht mijn eigen weg en dacht niet te veel na over wat andere mensen daar van vonden. Zaken als een perfect huishouden bengelden onderaan de prioriteitenladder en miraculeus genoeg was ik toch een tevreden mens en heeft de maatschappij me nooit verbannen. En toen werd ik mama. Het prioriteitenlijstje veranderde drastisch. Stip op nummer 1: het kind. Du-uh. Maar daarna volgden werk, huishouden, etc. Vrienden en het lief tuimelden naar beneden en ikzelf bengelde voortaan helemaal onderaan. En dat was nog niet genoeg. De dingen die bovenaan het lijstje prijkten moesten ook allemaal perfect uitgevoerd worden. Waar vroeger de vaat al eens een dag mocht blijven staan, was dat nu absoluut ‘not done’. Ok, de vaat bleef wel staan. Maar er kwam een gevoel bij dat dit niet hoort en dat dit bij anderen niet zo is. Waar ik dit nieuwe idee fix vandaan haalde? Who knows?
Wat ik merk is dat ik vaak de neiging heb me te vergelijken met andere moeders. En het is daar dat ik op de wipwap kruip. Een voorbeeldje: ik kom aan op de school van dochterlief en merk dat ze haar haar vandaag weer niet netjes geborsteld heeft. Oeps! De andere meisjes hebben mooi ingevlochten haar en mijn dochter loopt rond met ‘coupe ontplof’. Ik kruip op de wipwap. Alle moeders bovenaan, ik onderaan. De schoolbel gaat en ik druip af. Komt er plots een moeder aangerend. Hmm, die is te laat. Die mag onderaan de wipwap en ik vlieg omhoog. En dit spelletje durf ik – weliswaar onbewust – een hele dag spelen. De wipwap is soms een echte krik, een middel om mij op te krikken wanneer ik het gevoel heb dat ik niet ‘perfect’ bezig ben. Lachen jullie me nu uit? Jullie hebben gelijk!
Nutteloos is het. En ik ben dan ook heel blij dat ik me dit redelijk vroeg in mijn mamaschap gerealiseerd heb. Het was het boek Mindful Mama van Iris Bouwman dat me dit leerde. Alle krediet aan haar. En ik ben er dus afgestapt. Voortaan ga ik voor de schommel. Heerlijk zwiepen, heen en weer, je eigen tempo kiezend. Voetjes die zonder problemen mogen bengelen en het hoofd in de wolken. En word je moe dan kan iemand je duwen of rust je even uit. Eigenlijk is de schommel altijd al mijn favoriete speeltuig geweest. Nah!
X-je
Photo by Philipp Berndt on Unsplash
Geef een reactie